Recensie

Pinokkio (Winshluss) 1 Pinokkio


tekst en tekeningen: Winshluss (pseudoniem van Vincent Paronnaud)


Kent u iemand die alles door een roze bril ziet, die de wereld zo mooi vindt, het leven een geschenk Gods noemt en alle mensen fundamenteel goed acht? Wilt u zo iemand wat werkelijkheidszin bijbrengen? Geef hem of haar dan Pinokkio cadeau. De duisternis, het kwaad, de abjectie, de waanzin, de chaos in ons en onze wereld worden volledig tentoongespreid in bovengenoemd stripboek en geen aberratie of afwijking wordt overgeslagen.

Ik geloof niet dat ik ooit het oorspronkelijke verhaal van Carlo Collodi heb gelezen. Als kind heb ik Disney?s filmversie gezien en de vertelling in het toenmalige ?boek voor de jeugd? gelezen, maar dat waren de sprookjes terwijl Collodi?s verhaal een satire is, met educatieve en maatschappijkritische bedoelingen. Walt Disney maakte van ?Peter Pan? een lief en vrolijk verhaal voor het hele gezin, maar het originele boek (en toneelstuk) van J.M. Barrie had een heel andere sfeer en Loisel toont dat in zijn voortreffelijke strip. Ook Winshluss gaat terug naar het origineel (in de eerste uitgave werd Pinokkio zelfs opgehangen) en laat alles achterwege wat maar aan een sprookje doet denken.
Collodi had waarschijnlijk nog een boodschap voor de lezer, hij was immers vrijmetselaar. De lotgevallen van Pinokkio staan vermoedelijk symbool voor de geestelijk vastgeroeste mens, die zich bevrijdt van de onnatuurlijke regels en formaliteiten van onze samenleving, om aldus werkelijk volwassen en zelfstandig te worden. In dit album kan ik echt geen boodschap ontdekken (althans geen bemoedigende). Naast Dantes Hel hebben we nu ook de Hel van Paronnaud.

Op de eerste pagina (bladzijde 5) zien we een vat met nucleair afval op de bodem van de zee belanden. Een fraaie vis (geschikt voor een natuurfilm van Discovery Planet) snoept in zijn onschuld van de inhoud, krijgt op bladzijde 29 buikpijn en verandert op bladzijde 65 in Leviathan, het Bijbelse monster dat de chaos verzinnebeeldt. Op pagina 2 en 3 schiet het baasje zijn poes dood; de spetters zitten op het raam. Dat is om erin te komen, want hierna begint het echte ?sprookje?. Pinokkio is hier een robot, in elkaar geknutseld door Gepetto de doe-het-zelver, een op geld beluste materialist.

De gebeurtenissen rond Pinokkio volgen (volgens mij) de beroemde filmvariant, met de gemene Stromboli, het land van plezier en het zeemonster, maar de lading is gruwelijk. Dit alles wordt uitgebreid met ?De avonturen van Japie Luis?, die zeker niet met pedagogische intenties zijn toegevoegd. Dit album zal bij velen weerzin oproepen, maar toch vind ik dat de goede smaak hier nergens geweld wordt aangedaan. Alle vertellingen zijn gelardeerd met humor. Humor wordt vaak beschreven als een lach met een traan. De tranen zijn hier overduidelijk, maar de lach is er ook, al is die dunnetjes. Zo is er een soort Jack the Ripper ?hij snijdt en passant als een Azteekse priester een slapende clochard het hart uit zijn lijf- die altijd vergezeld wordt door een blinde bedelaar. Herinnert u zich Willie Wortel uit de Donald Duck? Willie werd altijd vergezeld door Lampie, die op de achtergrond grappige belevenissen heeft. Onze Ripper heeft hier steeds een blinde bedelaar bij zich. Terwijl Jack bezig is zijn medemens een poot uit te draaien, botst zijn maatje achtereenvolgens tegen een lantaarnpaal, loopt het water in en valt in een mangat. De grappen zijn echt leuk, maar ze blijven onbarmhartig.

Is er dan niets aardigs of liefs in het leven dat ons wordt voorgeschoteld? Jazeker, in het boek staat ook de ?Sad Sad Song?, wat staat voor ?huisje, boompje, beestje?. In een hutje op de hei woont heel romantisch een verliefd paar. Manlief streelt verrukt de zwangere buik van zijn vrouwtje en gaat daarna de kost verdienen. Helaas, ook dit specimen van menselijk geluk en altruïsme loopt stuk op de realiteit; het kind wordt dood geboren. Er gloort hoop voor de vrouw met het kinderverlangen. De onder spanning staande hormonen worden door Pinokkio gesust; hij eindigt zijn carrière als supertamagotchi, een substituutkind als antwoord op de instinctmatige moederliefde. Verdwaasd ligt onze held in zijn ledikantje in de ruimte te staren. Kan het nog gekker? Het wekt eigenlijk verbazing dat het robotje niet eerst van zijn adoptiefmoeder een avondgebedje moet doen.
Hoe Gepetto zijn leven eindigt verraad ik niet. Ik wil alleen kwijt dat er niets mis is met de fantasie van Winshluss.

Er was nog een leuke mop: Pinokkio wordt op zee het water in geschopt (nou ja? geschoten) en zakt naar de bodem van de diepzee. Een gezonde robot heeft uiteraard geen last van zout water of hoge druk. Terwijl hij beteuterd (dat kan bij een androïde) op de zeegrond zit komt een lantaarnvis nieuwsgierig naderbij. Plotseling ontsteekt Pinokkio zijn lichtogen en de diepzeebewoner schrikt zich de vinketer? Voor wat er daarna gebeurt, moet u goed naar de plaatjes kijken. Verder wil ik niets verklappen.

Ik beweer niet dat dit boek de werkelijkheid van het leven duidt, ik weet zelfs niet of de schrijver dat idee heeft, maar in deze strip is geen ruimte voor vrolijkheid of optimisme; wel voor humor. Deze strip is zeker niet goedkoop (hoe kan het anders bij Oog & Blik), maar is het geld meer dan waard.



Dit is een officiële stripinfo.be recensie, geplaatst door een medewerker van ons team. stripinfo.be werkt samen met uitgevers om u deze recencies te brengen.