Interview met Lucas Harari

Crew
Avatar Veter
7832
Interview door 'Le Paratonnere', en vriendelijk ter beschikking gesteld door Filip Troch.

De laatste zomerroos: een groots werk op groot formaat.

De zomer was altijd al het seizoen van de liefde, de tijd waarin alles kan. Vakantie, reizen, ontmoetingen, strandlichamen... Maar tijdens die momenten van lichtzinnigheid en ontspanning zijn we soms kwetsbaarder. Met De laatste zomerroos (2020) neemt Lucas Harari ons mee naar die tijd. Na het uitmuntende De magneet (2017) overgiet de tekenaar deze keer de intimistische roman en de thriller met een mysterieus sausje.Een ontmoeting.


In De laatste zomerroos vertoeven we in een volledig andere sfeer. Van de koude, en bij momenten zelfs ijzige sfeer van De magneet is niets meer te merken. De plot ontwikkelt zich deze keer in Zuid-Frankrijk. Was er sprake van een zekere behoefte om de mogelijkheden van een ander klimaat of een tegengesteld seizoen te verkennen?

Dat is eigenlijk heel natuurlijk gegaan. Toen ik De magneet had afgewerkt, begon ik een verhaal te schrijven dat zich situeerde in het bergbeklimmerswereldje. Maar toen ik al een flink stuk gevorderd was, drong een andere sfeer zich op. Kijk, als je aan een project begint te werken dat twee of drie jaar van je leven in beslag zal nemen, dan moet je zeker zijn van je stuk. Uiteindelijk heb ik gekozen voor een zomerse setting en heb ik beslist om het verhaal te situeren aan de kust.

Was het visuele aspect het uitgangspunt?

Ik zie beelden voor me, in flitsen. Ik gebruik heel vaak een plaats die ik ken als uitgangspunt. Stukje bij beetje begin ik daar dan dingen bij te verzinnen. In het geval van De magneet ben ik daar heel ver in gegaan. Ik hou ervan om landschappen te tekenen. Naarmate het werk vordert, wordt het verhaal gevoed door verschillende invloeden. Voor De laatste zomerroos liet ik me bijvoorbeeld inspireren door de filmwereld.

Er is in je laatste verhaal inderdaad een Nouvelle vague-sfeer merkbaar. Wat waren je belangrijkste bronnen van inspiratie?

De zomerfilms van Éric Rohmer, zoals Conte d’été en Pauline à la plage waren belangrijke inspiratiebronnen. Ik wilde een heel intimistisch verhaal brengen, rond moraal en flirten. Het verhaal dat ik vertel gaat over een dertiger die omgaat met een jonger meisje. De films van Rohmer gaven perfect weer welke sfeer ik wilde scheppen. In het begin vlotte het verhaal helemaal niet, maar uiteindelijk werkte ik een hoofdpersonage uit dat heel dicht bij mij staat. Soms willen we iets maar weten we niet goed hoe we eraan moeten beginnen om het te verkrijgen. Het was dus makkelijker om aan de slag te gaan met een wannabe-schrijver die wel een verhaal op papier wil zetten, maar daar niet in slaagt en daar ook nooit in zál slagen. Ik hou ervan om met alter ego’s te werken, zoals ik ook heb gedaan in De magneet.

Was het grote formaat belangrijk voor dit verhaal?

Oorspronkelijk wilde ik het album uitbrengen als een kleiner, intiemer boek. Kleinere boeken, denk maar aan romans, bieden je een zeker comfort. Het is mijn uitgever die me heeft overtuigd om het op groot formaat uit te brengen. Het komt de landschappen ten goede. Al bij al ben ik tevreden dat het uiteindelijk op groot formaat is verschenen. Tijdens mijn studies toegepaste kunst heb ik een module “drukkunst” gevolgd, waarin alle aspecten van het boek en het drukwerk aan bod kwamen. Als ik stripauteur ben geworden, dan is dat deels omdat ik een liefhebber ben van mooie boeken. Een boek mag geen eenvoudig ingebonden stapeltje bladzijden zijn. Een boek moet een compleet kunstwerk op zich zijn.

Hoe breng je een thriller met een vleugje Hergé?

De Frans-Belgische stripwereld telt heel wat thrillers. Mijn referenties komen op een heel natuurlijke manier in mijn werk terecht. Ik wilde oorspronkelijk een heel intimistisch verhaal brengen dat naar de thriller neigt. Om twee heel tegengestelde genres met elkaar te verweven, was een hele uitdaging. Bovendien moest er een heuse logica in verwerkt zitten. De laatste zomerroos is ook geen typische thriller. Als je een verhaal à la Agatha Christie verwacht, met een echte ontknoping, zul je bedrogen uitkomen. Ik hou van het werk van David Lynch. Er zijn altijd meer sloten dan sleutels, weet je wel. De lezer wordt de detective van het verhaal. De intrige eindigt niet als je het boek dichtklapt.

De landschappen en de huizen/villa’s zijn bijzonder verzorgd. Schuilt er een architect in jou?

Ik hou inderdaad van tekeningen met een architecturale stijl. Mijn ouders zijn architect. Zelf heb ik de studierichting architectuur na zes maanden vaarwel gezegd, maar de stijl is blijven hangen. Hij stond op mijn netvlies gebrand. In mijn werk komt altijd de wil naar boven om realistisch te tekenen: ik besteed veel aandacht aan realistische effecten tijdens de montage en aan de bewegingen van de personages. Noem het expressief realisme.

Een streepje bloot, zwetende lijven, drijvende lichamen... Mogen we spreken van een zekere erotische spanning?

Ik ben daar niet obsessief mee bezig, maar die spanning is er inderdaad. Personages in een bijzondere setting plaatsen of de speling van het licht in mijn tekeningen, dát boeit me. In De magneet was er het ritueel van het bad met naakte lichamen. Die sfeer liet een zekere sensualiteit toe. In De laatste zomerroos zet de zomerse setting de deur open voor die erotische spanning. Er wordt gezond, de lichamen zijn ontbloot, komen in aanraking met elkaar. Bovendien wilde ik ook iets doen rond flirten.

Hoe is het personage Rose, de tiener, tot stand gekomen?

Rose is samengesteld uit meerdere personen die ik heb ontmoet en personages als La collectionneuse van Éric Rohmer. Ze heeft ook iets van een femme fatale uit de films van Alfred Hitchcock. En uiteraard ontwikkelen de personages zich ook naarmate mijn verhaal vorm krijgt.

Moeten we De laatste zomerroos lezen met muziek?

Het gebeurt dat ik teken met muziek op de achtergrond. Op Deezer heb ik een De laatste zomerroos-playlist. In strips ontbreekt geluid. Daarom voeg ik de lyrics van de liedjes toe aan de vakken, omdat ze symboliseren wat er zich aan het afspelen is.

Na de winter kwam de zomer. Zijn er nog specifieke seizoenen waarin je een van je verhalen wilt situeren?

Ik heb mijn verhalen niet thematisch opgevat zoals Éric Rohmer dat deed met zijn films. Ik heb gewoon gedaan waar ik zin in had. Het verhaal in de bergen is er een dat me na aan het hart ligt. Als ik een verhaal schrijf, heb ik gewoon tijd en rust nodig om erover na te kunnen denken.



Interview door 'Le Paratonnere', en vriendelijk ter beschikking gesteld door Filip Troch.
Geplaatst op 10/09/2021 Citeren
Avatar
Veter
Geplaatst op 10/09/2021