Mattéo – Zesde periode – Jean-Pierre Gibrat
De aangrijpende saga van onze anarchistische held Mattéo gaat verder in zijn zesde periode. Na een rustige zomer in het dorpje Collioure in augustus 1936, vertrekken Mattéo, Amélie en Robert met een lading munitie en wapens in een roeiboot richting Spanje om deel te nemen aan de Spaanse burgeroorlog.
In het vierde deel konden we volgen hoe ze zich met de nodige problemen aansluiten bij de partizanen en hoe ze het dorpje Alcetria veroveren op de falangisten. We maken kennis met de Engelse vliegenier Sir Mermoza, die een oogje heeft op Amélie, en met de Poolse Anechska die het als scherpschutter op de plaatselijke pastoor gemunt heeft. Daarnaast is er ook nog Don Augusto Figueras, wiens haciënda wordt opgeëist als hoofdkwartier van de republikeinen.
Het vijfde deel beslaat de periode september 1936 tot januari 1939 en speelt zich af in het belegerde stadje Alcetria. Anechska's haat voor de pastoor resulteert in een dodelijke afrekening tijdens een gevangenenruil. Ondertussen groeit de band tussen Mattéo en Don Augusto, waarbij we geconfronteerd worden met het verdriet van vaders vanwege de afwezigheid van hun zoon. Mattéo en Don Augusto blijken meer gemeen te hebben dan verwacht. En dan is er het weerzien met Robert die met zijn communistische brigade het dorpje Alcetria bezoekt. Vanaf de winter 1939 beginnen de nationalisten steeds meer terrein te winnen. Het is ieder voor zich. Uiteindelijk brengt een roeibootje Mattéo terug richting Frankrijk….
In dit zesde deel zijn we dan in september 1939, waar we Mattéo terugvinden in Collioure. Hij wordt gevangen gezet, maar dankzij de neef van Robert weet hij te ontsnappen en kan hij onderduiken bij zijn oude, blinde vriend Paulin. Hij kan het echter niet nalaten om Julie op te zoeken. Zij praat voortdurend over 'haar' zoon Louis, die inmiddels als luitenant in het Franse leger vecht tegen het Duitse Blitzoffensief. Omdat Mattéo door Julie uitgesloten wordt van het vaderschap geraakt hij steeds meer geïntrigeerd door Louis die wel degelijk ook zijn zoon is.
Wanneer Mattéo verneemt dat zijn zoon in een gevangenenkamp zit, besluit hij hem op te zoeken en te bevrijden. Dit lukt hem door middel van een list, en Mattéo en Louis zwerven samen met talrijke vluchtelingen door het noorden van Frankrijk. Louis wilt steeds terug naar het front en uiteindelijk besluit Mattéo hem te volgen. Hij heeft immers nog alles te vertellen wat we in de voorgaande vijf delen hebben geleerd. Maar hij komt niet verder dan zijn prille jeugdjaren. Ondertussen stort het front volledig in en moet het Franse leger, samen met de Engelsen, zich terugtrekken. De lezer wordt vervolgens in een ‘Dunkirk-scenario’ meegesleurd naar de stranden van Duinkerken en als bij wonder komen we hier Amélie toch wel terug tegen zeker. Zij heeft na haar vlucht naar Londen even haar burgerlijk leventje onderbroken om de gestrande soldaten op de Franse kust te gaan ontzetten…
En dan gaat het weer verder met een boot - dit keer een zeilboot - richting Britse horizonten.
Hoewel de cirkel nog niet helemaal rond lijkt te zijn, bevat het scenario van het laatste deel enkele enigszins vergezochte toevalligheden om zo snel mogelijk tot een apotheose te kunnen komen. Het feit dat de personages nauwelijks verouderen, is een privilege van de auteur en beroert eigenlijk niet echt. Ook de meesterlijke wijze waarop hij mooie vrouwen tekent – die ook niet lijken te verouderen - stoort mij helemaal niet. De stijl van de tekeningen en hun inkleuring is gewoon prachtig en past perfect bij de periode van onze geschiedenis waarin het verhaal zich afspeelt.
Gibrat toont zich hier opnieuw als een groot kunstenaar. Hoewel het scenario langzaam naar een afronding lijkt te gaan, blijft deze serie een fantastische familiekroniek waarvan we echt willen weten hoe het afloopt.
Ik ben benieuwd met welk bootje de kroniek uiteindelijk zal eindigen.
Pjotr 11/2023
Geplaatst op 22/11/2023
Citeren